
56
Bewerkfunctie (EDIT)
Geavanceerde functie 1, 2
In de geavanceerde functie 1 van PROGRAMMAWIJZIGING TOEWIJZING kunt u de boven en
onderlimiet van de programmawijziging waarde aangeven. In de geavanceerde functie 2 kunt u, naast
de programmawijziging, BANK LSB/MSB instellingen verzenden.
1. Druk op de [EDIT] knop.
2. Beweeg de regelaar, waaraan u een Program
Change bericht wilt toewijzen, iets. In geval van
een knop, druk op de knop. Het display geeft
het nummer van de geselecteerde regelaar weer.
3. Controleer, wat er wordt aangegeven, en druk
op de [ENTER] knop.
Geavanceerde functie 1
—Het waardebereik aangeven
4. Druk op de [PROGRAM CHANGE] toets en
druk vervolgens op toets [1].
5. Druk op de [ENTER] knop.
6. Voer het kanaal in.
7. Druk op de [ENTER] knop.
8. De volgende weergave verschijnt in het venster.
fig.max
*1 Referentie
9. Gebruik de [DEC][INC] knoppen of de [0]-[F]
toetsen om de waarde van de bovenlimiet in te
voeren.
10. Druk op de [ENTER] knop.
11. De volgende weergave verschijnt in het venster.
fig.min
*1 Referentie
12. Gebruik de [DEC][INC] knoppen of de [0]-[F]
toetsen om de waarde van de onderlimiet in te
voeren.
13. Druk op de [ENTER] knop.
Geavanceerde functie 2
—Bankgegevens verzenden
4. Druk op de [PROGRAM CHANGE] toets en
druk vervolgens op toets [2].
5. Druk op de [ENTER] knop.
6. Voer het kanaal in.
7. Druk op de [ENTER] knop.
8. Voer de bankselectie MSB (CC#00) in. Gebruik
de [DEC][INC] knoppen of de [0]-[F] toetsen om
de MSB in te voeren.
fig.BANK-2
*1 Referentie
9. Druk op de [ENTER] knop.
10. Voer de bankselectie LSB (CC#32) in. Gebruik
de [DEC][INC] knoppen of de [0]-[F] toetsen om
de LSB in te voeren.
fig.BANK-3
*1 Referentie
11. Druk op de [ENTER] knop.
12. Voer het nummer van de programmawijziging
in.
13. Druk op de [ENTER] knop.
14. Het display geeft “P--” weer.
fig.p1
*1 Referentie
15. Geef de uitgaande poort aan. (➔ “De poort
aangeven” (p. 79)).
*1 Het -- gebied geeft de waarde, die momenteel is ingesteld, weer. Als deze niet is ingesteld, wordt de standaardinstelling weergegeven.
Zelfs als u het type of de functie van het MIDI bericht, dat is toegewezen, wijzigt, blijft de standaardinstelling afgebeeld. Deze is verlicht,
als de waarde hetzelfde is als de waarde, die momenteel is ingesteld, of knippert, als de waarde anders is.
Commentaires sur ces manuels